Van windmolen tot windturbine
De oudste vorm van energie opwekken in Nederland is waarschijnlijk wel de windmolen, nu beter bekend als de windturbine. Nederland zou geen polders hebben zonder deze slimme techniek om de wind het zware werk te laten doen. Vroeger wekte de windmolen geen elektriciteit op, maar werd de opgewekte energie direct gebruikt. Denk hierbij dus aan het inpolderen van het landschap of het malen van graan tot meel.
De werking van een windturbine
Windturbines zijn tegenwoordig meestal direct aangesloten op het elektriciteitsnet, waardoor we met de energie van de wind nu ook onze laptops en elektrische boilers van energie kunnen voorzien. Soms zijn windturbines ook aangesloten op waterbekkens. Als het flink waait pompt de windturbine met overtollige energie het water naar een hogere plek. Als het vervolgens windstil is kan doormiddel van waterkracht de opgewekte windenergie weer worden ge-oogst wanneer ze nodig is.
De nadelen van windturbines
Als je ooit vlak bij een windmolen hebt gestaan weet je dat ze verschrikkelijk veel lawaai kunnen maken. Dit is niet alleen vervelend voor de rust, maar verstoort ook het dierenleven in de omgeving. Het is daarom niet voor niks dat er veel protesten zijn tegen het bouwen van windmolenparken in natuurgebieden. Daarnaast zijn er veel vogels die zichzelf te pletter vliegen tegen de roterende bladen. Hoewel het verkeer meer dodelijke vogelslachtoffers levert, zorgt elke windturbine simpelweg voor nog weer meer dode vogels. Dit is dan ook weer een reden tegen grote windmolenparken op zee.
Om de overlast van windturbines aan banden te leggen hebben de meeste overheden strenge regels voor het plaatsen van de windmolens opgesteld, zodat deze niet te dicht in de buurt van huizen en stedelijk gebied komen te staan. Het gevolg hiervan is dat er windturbine parken worden gebouwd in dunbevolkte gebieden zoals Noord-Zweden. Omdat er hier relatief weinig mensen wonen en de bouw van een windmolenpark werk oplevert is het vaak lastig om deze parken tegen te houden, ondanks dat ze voor de plaatselijke bevolking en vooral de natuur voor zware overlast kunnen zorgen. Dit terwijl de energie die ermee wordt opgewekt naar stedelijke gebieden wordt vervoerd en de plaatselijke bevolking hier niet of nauwelijks gebruik van maakt. Waardoor er naast de windmolenparken ook nog grote en lange hoogspanningskabels moeten worden gebouwd.
Als laatste wordt er in windmolens vaak gebruik gemaakt van het gas SF6. Dit gas is een soort van isolatiemiddel en helpt kortsluiting te voorkomen. Het gas SF6 is een belangrijk broeikasgas en de uitstoot hiervan is onwenselijk. Het is helaas onmogelijk om te bepalen welke vrijgekomen SF6 van windmolens afkomstig is of van andere bronnen, feit is wel dat in 2017 er in Nederland alleen een totaal van 5543 kilo van dit gas vrij is gekomen, wat gelijk staat aan 160 miljoen kilo CO2.
De voordelen van windturbines
Om toch positief af te sluiten over windturbines is het goed om op te merken dat een windmolen in zijn leven van 20 jaar, 80 keer meer energie oplevert dan dat er nodig is om hem te bouwen. Binnen 3 tot 6 maanden heeft een windmolen over het algemeen zichzelf in energie opgewekt. Dit is inclusief de energie die nodig is voor het opbouwen, het onderhouden en het afbreken. Daarnaast hebben de windmolens in Nederland in 2018 de uitstoot van CO2 met 44000 miljoen kilo verminderd doordat er minder energie van fossiele brandstoffen nodig was.